SOFAM

Jana Vasiljevic, Groene schuur aan de oprit, 2020. Acrylic paint on wood, 65×85 cm

1/7

Jana Vasiljevic, Geert’s boerderij, 2020. Acrylic paint on wood, 65×85 cm

2/7

Jana Vasiljevic, Boerderij bij Drongengoedbos, 2020. Acrylic paint on wood, 120×180 cm

3/7

Jana Vasiljevic, Boerderij bij Sint Laureins, 2020. Acrylic paint on wood, 120×180 cm

4/7

Jana Vasiljevic, Populliere, 2020. Acrylic paint on wood, 30×30 cm

5/7

Jana Vasiljevic, Kippenkot, 2020. Acrylic paint on wood, 120×80 cm

6/7

Jana Vasiljevic, Geitje’s kot, 2020. Acrylic paint on wood, 120×80 cm

7/7

Als kind had ik niet veel liefde voor het platteland. Het was er saai en ik kon er geen bijzondere vreugde in vinden om er tijd in door te brengen. Er was geen prikkeling, enkel rust die mijn tienerzelf als lethargisch ervaarde. Maar zoals ze in het Servisch zeggen: “Je kan het meisje uit het dorp halen, maar het dorp niet uit het meisje.” Ik begon de niet-saaie kant van het platteland te observeren. Door de wereldwijde coronapandemie die resulteerde in massale gedragsaanpassingen, was ik genoodzaakt enkele maanden door te brengen weg van Gent, ergens langs de Brugse vaart. Wekenlang was ik daar op een oude boerderij net buiten het dorp met de charmantste naam: Zomergem. Aan de achterkant van het huis had ik zicht op een stormrij populieren, die fungeerde als toneelgordijn voor de langzaam veranderende taferelen. Het podium was een enorme vlakte velden, een dagelijkse wisseling van groen, geel en bruin. De acteurs waren boeren die hun land verzorgden, twee Canadese ganzen, een grote familie herten. De vreemde mentaliteit die de wereldwijde onzekerheid van de lente van 2020 me opleverde, had me plotseling op een nieuwe manier doen kijken naar een vertrouwde omgeving. Zo ben ik aan de Zomergem-reeks beginnen werken, vanuit het perspectief van videogames: een reeks schilderijen die mee verandert met elk nieuw seizoen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

As a child I didn’t feel much affection for the countryside. It was boring and I couldn’t find any particular pleasure in spending time there. There was no stimulation, only peace and quiet which my teenage-self experienced as lethargic. But as they say in Serbian: “You can take the girl out of the village, but not the village out of the girl.” I started to observe the non-boring side of the countryside. Due to the global pandemic, which resulted in massive changes of behaviour, I was obliged to spend several months away from Ghent, somewhere along the waterways of Bruges. For weeks on end, I resided on an old farm just outside the charmingly named village of Zomergem, that carries in it the overtones of summer. At the back of the house, I had a view of a storm-row of poplars, which acted as a theatre curtain for the slowly changing scenes. The stage was the enormous expanse of fields, a daily interplay of green, yellow and brown. The actors were the farmers tending their land, two Canadian geese and a large family of deer. The strange mentality that the worldwide uncertainty of the Spring of 2020 awoke in me, had suddenly made me look at a familiar environment in a new way. This is how I started working on the Zomergem-series, from the perspective of video games: a series of paintings that changes along with every season.

Enfant, je n’aimais pas beaucoup la campagne. Je la trouvais ennuyeuse et n’éprouvais pas de joie particulière à y passer du temps. Il n’y avait là rien d’excitant, rien de stimulant, juste le calme que l’adolescente que j’étais ressentait comme de la léthargie. Mais, comme on dit en serbe: «Tu peux sortir la fille du village, mais pas le village de la fille.» J’ai commencé à observer le côté non ennuyeux de la campagne. En raison de la pandémie mondiale de coronavirus, qui a nécessité de profondes adaptations du comportement, j’ai été obligée de passer quelques mois loin de Gand, quelque part le long du canal de Bruges. Des semaines durant, j’ai séjourné dans une vieille ferme juste en dehors d’un village portant le nom charmant de Zomergem. À l’arrière de la maison, j’avais vue sur une rangée de peupliers qui faisait office de rideau de théâtre pour un spectacle changeant lentement. La scène était une vaste étendue de champs, une alternance quotidienne de vert, de jaune et de brun. Les acteurs étaient des fermiers prenant soin de leurs terres, deux oies du Canada, toute une famille de cervidés. L’état d’esprit étrange que l’incertitude mondiale du printemps 2020 suscitait en moi m’avait brusquement fait jeter un regard nouveau sur un environnement familier. C’est ainsi que j’ai commencé à travailler sur la série Zomergem, sous l’angle des jeux vidéo: une série de tableaux qui change à chaque saison nouvelle.